In 1991 richtte GroenLInks zich—volgens haar beginselprogramma—op vier idealen: democratie, respect voor natuur en milieu, sociale rechtvaardigheid en internationale solidariteit. Deze idealen gelden vandaag aan de dag nog volop, lijkt me. Door de ontwikkelingen in de tijd vergen zij wel aangepast beleid.
De democratie staat nu veel meer onder druk, door versplintering en rechtspopulisme. Een belangrijke bijdrage aan de democratie van Groenlinks is het samengaan met de PvdA (minder versplintering) als we maar heldere alternatieven bieden.
Ondanks allerlei beleid staat de natuur sterk onder druk door klimaatverandering, voortgaande vervuiling en overschrijding van ecologische grenzen. Er is daarnaast veel ontkenning en halfslachtigheid. Voor defensie zijn er snel miljarden extra beschikbaar (ik schrijf dit nu de NAVO-conferentie net voorbij is). Voor natuur en klimaat gaat dat een stuk minder vanzelf. De nieuwe partij dient te staan voor een overtuigende en rechtvaardige koers die recht doet aan de natuur als zodanig en aan de natuur die belangrijke diensten levert aan het menselijk bestaan.
Sociale rechtvaardigheid is volop aan de orde. De neoliberale koers van de afgelopen decennia heeft tot veel ongelijkheid en armoede geleid. Te lezen valt dat de nieuwe partij—in plaats van ieder voor zich—gaat voor solidariteit zodat alle bevolkingsgroepen kunnen rondkomen en delen in de welvaart (in de brede zin van het woord). Daarbij komt een nieuwe opgave: zoveel mogelijk voorkomen dat de financiering van de verhoogde defensie-uitgaven roet in het eten gooien. Dat gaat echt spannend worden.
Internationale solidariteit gaat ook over sociale rechtvaardigheid maar dan over grenzen heen. Het valt op dat wat bij internationale solidariteit aan de orde komt tegenwoordig net zo zeer nationaal als urgent wordt gezien: gezondheidszorg, sociale zekerheid, voeding en onderwijs. Daarbij komt wat nodig is op het gebied van volkshuisvesting. Voor diverse partijen is dit een reden om ontwikkelingssamenwerking op een laag pitje te zetten. Dat is geheel onterecht en super egoïstisch. Als ik alleen maar denk aan een continent als Afrika, dan is internationale solidariteit nog steeds hard nodig.
De nieuwe partij wil een volkspartij zijn. Dat brengt met zich mee dat we ons niet kunnen beperken tot een enkel denkkader als grondslag, zoals groene sociaaldemocratie, ecosocialisme, duurzame ontwikkeling of Europees groen realisme. Wel is het van belang deze denkkaders goed te doorgronden en ons bewust te zijn van hun sterke en zwakke kanten. Het is goed als we ons verdiepen in alternatieve systemen terwijl tegelijkertijd een stuk pragmatisme onvermijdelijk is. Onze nieuwe partij is immers bedoeld om een brede partij te zijn met oog voor het boeken van concrete resultaten. Niettemin voel ik hierbij wel een spanningsveld. We kunnen sociale vooruitgang niet wegstrepen tegen ecologische achteruitgang of omgekeerd.