Op 2 juni komt Jesse Klaver, prominent lid van de GroenLinks-PvdA-fractie in de Tweede Kamer, naar Apeldoorn. Hoewel we ons voorbereiden lokale verkiezingen in 2026, is het belangrijk om ons te kunnen aansluiten bij een inspirerende landelijke koers. We verheugen ons daarom op zijn komst.
Uit de woorden van Jesse kunnen we enigszins opmaken hoe de landelijk koers van GroenLinks- PvdA eruit gaat zien. Zijn recente memo “Hoe rechts de middenklasse bedriegt” benadrukt dat er al lange tijd sprake is van een groeiende economische ongelijkheid. Die ongelijkheid gaat zover dat de politieke belofte van een economie waarvan iedereen profiteert op losse schroeven is komen te staan. Hierdoor is er niet voor iedereen fatsoenlijk betaald werk, een betaalbare woning en uitzicht op een betere toekomst voor je kinderen. Jesse heeft gelijk: ik denk dat we deze ‘gebroken belofte’ zelf ook ervaren, of in ieder geval aanvoelen. Ook op lokaal niveau gaan we ons inzetten voor meer gelijkheid en rechtvaardigheid. Denk aan woningbouw, aan het meekrijgen van kinderen in een achterstandsituatie, aan immigrantengroepen, aan goed onderwijs voor iedereen.
Jesse heeft het herhaaldelijk over de middenklasse. Dat is wat lastig, vind ik, omdat het niet helemaal duidelijk wie daarmee bedoeld worden. Komen we dan uit bij wie we echt moeten steunen? Je kunt natuurlijk zeggen, als het met de middenklasse al slecht gaat, hoe gaat het dan met de onderste klasse? Nog slechter, waarschijnlijk. Electoraal gezien kan het uitgaan van de middenklasse voordelig zijn. Een groot deel van de kiezers voelt zich tot de middenklasse behoren. Als die klasse het middelpunt vormt van de linkse politiek, dan zal dat extra veel stemmers uit die groep kunnen trekken. Dat zou natuurlijk mooi zijn. Maar, ook ongeschoolden, uitkeringstrekkers en ouderen met minimale inkomens verdienen onze aandacht. Ook als ze niet op ons stemmen.
Dat Jesse niet alleen aan geld denkt, blijkt wel uit andere acties en teksten van zijn hand. Zo schreef hij enige tijd terug over het economisme, wat inhoudt dat alle maatschappelijke kwesties worden gereduceerd tot financiële of economische problemen. Dit gedachtengoed domineert al heel lang het politieke denken. Daartegenover stelt hij het begrip brede welvaart (zie de website van GroenLinks). Als we kijken naar de brede welvaart, kijken we niet alleen naar inkomen: het gaat ook over de samenleving, klimaat, veiligheid, wonen, gezondheid en meer. Wat is economische groei waard, als deze ten koste gaat van onze luchtkwaliteit? Van het smelten van de ijskappen? Van de gezondheid van onze inwoners? Brede welvaart is al een veel gebruik begrip, ook door andere politieke partijen. Misschien wordt het al te gemakkelijk gebruikt. Maar de richting die Jesse aanwijst is juist, naar mijn oordeel. Als we maar ook de regel ‘minder is meer’ op bepaalde momenten durven toe te passen. Durven we ecologische grenzen serieus te nemen? Nogal wat andere partijen durven dat niet of vinden de discussie hierover allemaal onzin. Hoe houd je je dan staande?
Ik concludeer dat wat Jesse ons voorhoudt ook onze prioriteiten aangeeft: minder ongelijkheid en oog voor brede welvaart. Maar het gelijk van Jesse is kwetsbaar. In de praktijk lopen we het gevaar dat de gemeenschappelijke noemer toch weer wordt geld zonder meer en bredere welvaart als die maar niet leidt tot minder business.
Maar, laten we dat hem persoonlijk vragen, op 2 juni, in de Heemgaard.